Emissie-arme bussen: drie tips vóór het plaatsen van laadinfrastructuur

Bevindingen van het EAB-project

Deel dit artikel met uw collega's

Op 13 januari 2022 lag de focus van de infosessie van het EAB-project op de praktische aspecten van de voorbereiding en het aanleggen van laadinfrastructuur op het depot. Idealiter wordt een volledig nieuwe stelplaats ontworpen, maar dit lukt niet altijd. Er moet dus rekening gehouden worden met de huidige situatie waarbij elk depot verschillend is. Drie tips helpen bedrijven bij hun beslissingen.

Tip 1

Laat je informeren: vraag een 'Request for Proposal' aan

Voor Bedrijven die zelf geen lastenboek wensen op te maken, kan het interessant zijn om te werken met een Request for Proposal (RFP). Daarbij vragen ze aan verschillende leveranciers om tegen een vooropgestelde datum een voorstel te formuleren. Uit deze voorstellen kan veel geleerd worden. Pas nadien wordt concreet over het kostenplaatje overlegd, wordt er beslist met wie er in zee wordt gegaan en met welk systeem (hardware en software). Dit voorafgaande deel noemen we ‘consulting’. Nadien volgens de fases ‘realisation’, ‘maintenance’ en ‘operation’.

Tip 2

Werk met tussenstations

Bij het bespreken van de fase ‘realisation’, de opbouw van de laadinfrastructuur zelf, kwamen enkele interessante onderwerpen aan bod. Zo kan het bij een iets grotere stelplaats goedkoper zijn om te werken met een of meerdere tussenstations, dan met één groot station van waaruit alle kabels naar de laadpunten vertrekken. Elke kabel bestaat immers uit kopergeleiders, en koper is heel duur. Met een tussenstation wordt het aantal lopende meters kabels gevoelig verminderd. En net als bij waterleidingen ondervindt elektriciteit meer weerstand wanneer stroomkabels vele korte bochten maken, het verbruik kan dus verminderd worden door zoveel mogelijk rechte kabels te trekken.

Tip 3

Kies de juiste plaats voor de laadzuil

Eko-Energetyka, leverancier van oplaadpunten, gaf voorbeelden van installaties in bestaande depots:

  • Het meest onderhoudsvriendelijke bij trage lading is om bij elke bus één laadzuil te plaatsen.
  • Wanneer de bussen echter heel dicht naast elkaar parkeren, moet je rekening houden dat je elke vijf parkeerstroken één lijn verliest door de opstelling van de laadzuilen. Dit kan opgelost worden door de laadinfrastructuur op hoogte (boven de bussen) te plaatsen en enkel de kabel met de connector te laten hangen. Qua onderhoudskosten valt deze oplossing duurder uit.

Werken met lading via pantograaf kan zowel voor snel als traag laden, maar laat wel toe om de bussen kort naast elkaar te parkeren. Voor ondernemingen die met een beperkt aantal elektrische bussen starten, of al elektrisch beginnen rijden terwijl de definitieve laadinstallatie wordt aangelegd, biedt Eko-Energetika containers aan waar de hele laadinfrastructuur gebruiksklaar in zit, ‘plug and play’ als het ware.